Woordenlijst van de houtbewerker

Google
www www.pi-design.net

Dit lexicon bevat een lijst van woorden, technische termen en uitdrukkingen die een specifieke betekenis hebben voor de houtbewerker.
Hierbij is getracht om de algemeen gangbare en aanvaarde termen in het nederlands taalgebied te verklaren. De lijst is alfabetisch gerangschikt en omvat naast een verklaring ook een indeling van het deelgebied van de houtbewerking waartoe deze woorden behoren.

A B C D E F G H K L M N O P R S T V W Z

A

aantrede (trap)
achterhout

B

baluster
balustrade
(op) bool zagen
bloktrede
bordes
borstwering
bossing
bovenfrees
buitenmaat

C

Cirkelzaag
CNC

D

dagmaat
dagschoot
decoupeerzaag
deuvel
deuvelverbinding
dimensionele stabiliteit
doornmaat
dosse plank
draad
duurzaamheid - duurzaamheidsklasse

E

eindlijn
elasticiteitsmodulus

F

fits(en)
formica
fries

G

gekantrecht hout
groef

H

haaks
half kwartiers plank
hardboard
hardhout
harthout
HDF
houtsectie
houtstaat
HPL

Top

K

(op) kwartier zagen
kernhout
kopvlak - kops hout/kant
krimpen
kromtrekken
kruishout
kurk/kurkgat
kwartiersplank

L

lamel
lamellenfrees (lamello)
lamellenverbinding
laminaat
langgatboor
langshout
lengte
lijmknecht
lijmtang
lijst(en)

M

massief
MDF
melamine(plaat)
menageren/menagering
merg
meubelplaat
multiplex

N

nachtschoot
neus

O

ongekantrecht hout
optrede (trap)
OSB

P

PSL - Parallel Strand Lumber
paringstekens
paumelles
pen-en-gatverbinding
pennenbank
potscharnier

Top

R

regel(s)
RND
RNG
rot

S

schaal
schaaldeel
schalieberd
scheluwte
semi-massief
slaglat (aanslaglat)
spaanplaat
spatpen
spinthout
spiraaldraad
(glas)sponning
stapmodulus
stijl(en)
stofdroppel
stootbord
stootlat

T

tand
topie
transversaal vlak
trapboom
trespa
tussenstijl(en)

V

val (netto/bruto val)
valise
van dikte schaaf
verstek (zagen)
vingerlas (verbinding)
vochtgehalte
volumieke massa

W

wang
wel/welbreedte
welstuk
winkelhaak

Z

zachthout
zwaluwstaart
zwellen

Top

A B C D E F G H K L M N O P R S T V W Z

© W. Huybrecht - Pi-design